Alsof hij al jaren deel uitmaakt van ons team, zo beweegt Eli Iserbyt zich doorheen ons trainingskamp in La Roche. Na zijn eerste twee maanden in dienst van Marlux – Napoleon Games is hij al prima geïntegreerd.
In mei werd ons nieuwe goudhaantje Eli aan pers en sponsors voorgesteld. Sinds 20 juni rijdt hij officieel in onze dienst, en in die twee maand bewees de piepjonge West-Vlaming – nog steeds amper 18 jaar oud – ook op de weg dat hij straf ‘poeder’ in zijn korte maar stevig gebouwde beentjes heeft.
“Het ging wel goed, ja”, beaamt Eli. “Tijdens de Ronde van Luik voelde ik dat ik een stap vooruit heb gezet. Die rittenkoers was een doel, en tijdens de laatste dagen kon ik met de besten mee en daarom werd ik ook elfde in de stand. Nochtans is de overstap van de juniores naar de elite het grootst op de weg, vind ik. Maar omdat ik mijn trainingsvolume heb verhoogd, kon ik die stap aan. Of dat extra volume me ook van pas gaat komen in de cross? (Lacht) Dat hoop ik, ja. En ik denk het ook. Ik heb nu tegen de profs gekoerst op de weg, en in mijn hoofd ben ik ook klaar om tegen de profs te crossen. De fietstest die ik net voor deze stage afwerkte, was trouwens ook heel goed.”
Wat even vlot verliep als de overstap op de weg: de integratie in zijn nieuwe omgeving. “Moeilijk om te integreren in deze ploeg was het niet: ik kende Danny De Bie al, net als de meeste renners. En dat zijn bijna allemaal West- en Oost-Vlamingen, wat het makkelijk maakte om over te stappen. (Lacht) Ik hoef niet meer te letten op mijn taalgebruik. Tijdens de crosstrainingen hier op stage valt me op dat we specifieker tewerk gaan dan ik vroeger gewoon was. Ik stak al enkele zaken op die me nog goed van pas gaan komen.”
Trainen doet Eli trouwens in een zwarte versie van zijn beloftewereldkampioenentrui van Doltcini. “Anders moet ik na iedere crosstraining die witte trui weggooien”, grijnst hij. “Want helemaal proper krijg je zo’n beslijkte trui niet meer. Bij die zwarte trui is dat anders. En ik vind hem ook wel mooi. Maar in de wedstrijden gebruik ik gewoon de witte regenboogtrui, hoor.”
(Foto Davy De Blieck)